Voorgesteld in de KANTL: de nieuwe essaybundel van Luc Devoldere

Bij uitgeverij P is zonet Was alles al gezegd, nog niet door hen. Pleidooien & aanklachten verschenen. In deze essaybundel pleit Luc Devoldere vanuit verschillende en vernieuwende perspectieven voor de vergelijking en de dialoog met het verleden.

Op donderdag 10 juni werd de bundel voorgesteld in de KANTL. Hind Fraihi ging in gesprek met de auteur. Beiden zijn lid van de KANTL.

U kunt de avond herbeleven via de opname op ons Youtube-kanaal.

{entry_title}

Was alles al gezegd, nog niet door hen

Wat zouden we doen zonder de vergelijking? De werkelijkheid zou onverklaarbaar zijn. We zouden ons alleen voelen te midden van dingen die zwijgen. Luc Devoldere wil in dit boek niet zwijgen. Er moet worden gepleit en aangeklaagd. Ons spreken is geïnfecteerd door één taalspel, het economische dat efficiëntie beoogt en gelooft dat alle weten meten is, dat alles verhandelbaar is. Iemand moet van de weeromstuit de lof zingen van woordenboeken, en van dode dichters als Menno Wigman, Jacques Bloem en Richard Minne. Van schrijvers als Giorgio Bassani, Stijn Streuvels, Paul Valéry; een schelmenroman uit de eerste eeuw na Christus en een Alexandrijn uit Kessel-Lo. Was alles al gezegd, nog niet door hen.

De schrijver waagt zich aan twee kunstenaars die iets hebben met marmer, Giambologna en Sir Lawrence Alma Tadema, en een tijdgenoot, Johan Van Geluwe, die zwaarte afneemt van de dingen. Hij gaat op bezoek in Auvers-sur-Oise waar Van Gogh zich leeg schilderde en kijkt naar de foto’s van Stephan Vanfleteren. En hij schrijft twee aanklachten tegen regisseurs die ' de slag gaan' met Mozart en Aeschylus.

En dan zijn er de helden van altijd en opnieuw: Lucretius, Montaigne, Gramsci, Cesare Pavese, tot leven gebracht door Natalia Ginzburg en Georges Lemaître, de priester die de oerknal bedacht en ooit brieven schreef aan Joris Van Severen; een Engelsman op een kameel en een vrouw die in haar eentje de etiquette van de achttiende eeuw doorbreekt.

De schrijver maakt ook notities over het onderwijs van oude talen, over tolerantie en over engagement. Hij neemt de trein, op zoek naar gepasseerde stations, vertelt het verhaal over de vrijhaven die de Lage Landen ooit waren en houdt een pleidooi voor een canon.

Over de auteur

Luc Devoldere (1956) studeerde oude talen en wijsbegeerte. Hij gaf les aan het Sint-Barbaracollege in Gent en was hoofdredacteur en afgevaardigd-be­stuurder van Ons Erfdeel vzw. Hij publiceerde o.a. Wachtend op de barbaren. Essays (Lannoo); De verloren weg. Van Canterbury naar Rome (Atlas); Mijn Italië (Atlas); Tegen de kruide­niers. Over talen, Europa en geheugen (De Bezige Bij) en Lucifers bij de brand (Uitgeverij P). Hij vertaalde Le Ceneri di Gramsci (De as van Grams­ci) van Pier Paolo Pasolini (Uitgeverij P).

 

Bekijk hier de captatie van de avond:

  Deel deze pagina