Antonius Angelus Weijnen werd geboren in Fijnaart, Nederland, op 28 december 1909. Hij studeerde in Rolduc en aan de R.K.Universiteit te Nijmegen en promoveerde aldaar in 1937 op de dissertatie Onderzoek naar de dialectgrenzen in Noord-Brabant. Hij was docent, later rector aan het Norbertuslyceum te Roosendaal van 1935-1946; daarna docent, later rector aan de Katholieke Leergangen te Tilburg van 1946-1958. Tenslotte werd hij hoogleraar aan de R.K.Universiteit te Nijmegen van 1958 - 1979; zijn werkterrein omvatte Nederlandse en Indogermaanse linguïstiek, dialectologie en onomastiek.
Voornaamste publicaties op het gebied van Nederlandse dialectologie/taalkunde: Nederlandse Dialectkunde (1958, 1966); Vergelijkende klankleer van de Nederlandse dialecten (1991); Etymologisch dialectwoordenboek (1996,2003 ) Ziektenamen in de Nederlandse dialecten (1996); Oude woordlagen in de zuidelijk-centrale dialecten (1999); Woordvorming in de Noordoostnederlandse dialecten (2001).
Hij was oprichter en eerste uitgever van het Woordenboek van de Brabantse Dialecten (1967-2005) en het Woordenboek van de Limburgse Dialecten (1983-), beide uniek geordend naar woordbetekenis. Ook was hij oprichter en eerste voorzitter van de Atlas Linguarum Europae (1970-), een interlinguale atlas van de dialecten van Europa.
Hij maakte deel uit van drie officiële spellingcommissies. Hij is lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen; de Kungliche Gustav Adolfs Akademien en Det NorskeVidenskaps-Akademie. Hij werd onderscheiden met de Matthias de Vries-penning.
A.A. Weijnen overleed op 9 februari 2008.